Château Mazeyres

De Pomerol-wijnen van Château Mazeyres zijn op vele vlakken een buitenbeentje in Libourne en tekenen zo voor een niet zo’n klassieke Bordeaux-ervaring. Kenmerkend voor Pomerol zijn de meestal kleine percelen. De beschikbare oppervlakte met een topterroir is er dan ook zeer beperkt. Château Mazeyres beschikt toch maar liefst over 25,5 hectare aan wijngaarden, wat het de derde grootste speler in Pomerol maakt. Het leuke en het aparte hierbij is dat die percelen over verscheidene locaties zijn verspreid, en dit met drie verschillende bodemtypes.

Het prachtige landhuis ligt op slechts enkele honderden meters van de Isle. Deze kronkelende rivier is dankzij zijn rijke alluviale afzettingen, die afkomstig zijn van het Centraal Massief en de Pyreneeën, onlosmakelijk verbonden met de wijnen van Château Mazeyres. Het zal geen verrassing zijn dat Merlot hier de dominante druif is maar ongeveer een kwart van de blend bestaat uit Cabernet Franc, wat naar Pomerol-normen toch een vrij hoog aandeel is. Een klein aandeel Petit Verdot, die nog maar vrij recent is toegestaan in de appellatie, is een nog grotere zeldzaamheid en ondanks het beperkte percentage geeft deze druif de wijnen toch een opmerkelijke touch, waarbij vooral de hoge zuren voor extra fraîcheur zorgen. Door de toename van het aantal hete zomers is het tijdstip van de pluk enorm belangrijk. Ze willen absoluut vermijden dat de druiven in een te rijpe toestand worden geplukt. De zandrijke bodems warmen snel op. Bij nieuwe aanplantingen wordt hier rekening mee gehouden en kiezen ze voor de druivensoort die zich het best thuisvoelt in een warmer wordende atmosfeer. Ondanks het feit dat ze fan zijn van Cabernet Sauvignon komt deze druif hierdoor niet in aanmerking.

De wijngaarden rond het wijnhuis liggen dicht bij de grens met Saint-Emilion, aan de westelijke kant van de appellatie. Je vindt hier klei-rijke kiezels en grind, waarvan sommige maar zo groot zijn als een grove zandkorrel. In de toplaag is er ook wat zand aanwezig. Deze bodemsamenstelling leidt tot verfijnde en elegante wijnen. De wijngaarden in het zuiden van Pomerol bestaan uit een klei met een zandige toplaag. De wortels worden dus gedwongen om in die dieper gelegen klei hun voedingsstoffen te gaan zoeken. De trossen van deze percelen zorgen voor vlezige wijnen. Ten slotte bezitten ze ook nog wijngaarden die helemaal aan de andere kant liggen. Je vindt ze aan de oostelijke zijde, aan de voet van het beroemde plateau van Pomerol. Hier bestaat de ondergrond uit grindachtige klei met een veel lager aandeel aan zand dan op de andere locaties. Dit deel van de oogst zorgt voor het geraamte en de structuur van de wijnen.

Als je de druiven van al deze bodemvariëteiten samenbrengt krijg je een complex geheel waarin de hand van Alain Moueix duidelijk merkbaar is. Deze oenoloog is al sinds 1992 actief op het domein. Maar het was pas bij de overname van het domein door Sogecap in 2010 dat er voldoende financiële middelen vrijkwamen om echt zijn stempel te kunnen drukken op het profiel van de wijnen. Er werd direct met biologische wijnbouw geëxperimenteerd en reeds in 2015 was de volledige conversie met certificaat een feit. Ondertussen was Alain al bezig met de volgende stap voor te bereiden en in 2018 was het domein officieel ‘biodyamisch’. Een visie en manier van aanpakken die in Bordeaux toch vrij uniek is. Voor Alain is de keuze voor biodynamische wijnbouw eerder een middel dan een doel op zich. Deze aanpak leidt tot meer harmonische, elegante en levendige wijnen. En laat dat nu net de karakteristieken zijn waar hij op zoek naar is. En dit natuurlijk zonder de eigenheid van Pomerol op te geven! De zijdezachte textuur, het florale aspect en de spanning laten zich ook opmerken, maar dit zonder in te binden op de finesse!